Ontwikkelingen
De totale maximale risico's zijn berekend op ruim €37 miljoen. In totaal zijn er 54 risico’s die meewegen in het berekenen van het weerstandsvermogen, waarvan 6 risico’s met een hoge risicoscore (hoge impact en/of hoge kans). Deze worden toegelicht in deze paragraaf.
De verschillen met de risicoanalyse in de Begroting 2025-2028 zijn als volgt:
- Binnen de grondexploitaties zijn de risico's voor de A1 locatie gedaald. Bij het bedrijventerrein vormt mogelijke vertraging als gevolg van (te late) beschikbaarheid van de netwerken van Enexis, en de aansluiting op de N348 de grootste risico's.
- De risico's van de woningbouwlocaties zijn licht gestegen.
- Op alle grondexploitaties houden we rekening met een maximaal risico van €19 miljoen.
- De risico's op sociaal domein zijn gelijk, met een totaal maximaal risico van €11,5 miljoen.
- Overige risico's s hebben in totaal een maximale impact van €6,8 miljoen.
De kans van optreden is voor alle risico's gemiddeld geschat op 30%. Om de risico's met deze kans op te kunnen vangen wordt de specifieke weerstandsreserve aangehouden en is er begrotingsruimte beschikbaar.
Conclusies
De risico's zijn licht gedaald en dit leidt tot een lager niveau van de specifieke weerstandsreserve. Een voldoende hoog weerstandsvermogen (ratio van minimaal 1) wordt bereikt door de specifieke weerstandsreserve te verlagen met €1,4 miljoen.
Beschikbare weerstandscapaciteit
(bedragen x €1) | |
---|---|
Beschikbare weerstandscapaciteit | Waarde |
Specifieke weerstandsreserve (stand begroting 2025) | 16.971.000 |
Post onvoorzien | 283.000 |
Stelpost structurele autonome ontwikkelingen | 1.090.000 |
Saldo weerstandscapaciteit | 18.344.000 |
De benodigde weerstandscapaciteit wordt bepaald op basis van een analyse van de risico’s die gemeente Deventer loopt vermeerderd met de minimumnorm. De risico’s met een risicoscore ≥ 9 worden hieronder nader toegelicht.
De uitkomst uit de risicoanalyse, op basis van de Montecarlo analyse is €11,4 miljoen. Hierin wordt rekening gehouden met €37 miljoen aan totale risico's, kans van optreden (gemiddeld 30%) en de kans dat de risico's gelijktijdig optreden met 10% onzekerheidsmarge.
De minimumnorm is gelijk aan 2% van de algemene uitkering en de opbrengsten OZB, tezamen €5,5 miljoen.
De benodigde weerstandsreserve is daarmee €11,4 miljoen + €5,5 miljoen = €16,9 miljoen.
In de risicokaart worden de grootste risico's weergegeven, in de tabel daaronder worden deze toegelicht.
Meer informatie
Risicokaart
De aard van de risico’s wordt weergegeven in een risicokaart. Hoe roder de kleur, hoe hoger de prioriteit voor de aanpak van het risico. De risico's worden in het volgende onderdeel toegelicht.
Gekwantificeerde risico's
De risico’s uit de risicokaart worden in de volgende tabel toegelicht, de 'positie' is de plaats op de risicokaart. Met 'gevolg' wordt de maximale impact van een risico bedoeld. Alle risico's worden in de berekening voor de benodigde weerstandscapaciteit gewogen met de 'kans' van optreden.
Nummer op risicokaart | Onderwerp | Kans van optreden | Maximale impact risico | Positiie op risicokaart | Risicoscore | Programma |
---|---|---|---|---|---|---|
Sociaal Domein (3D's) | Meedoen/Jeugd | |||||
1 | Risico's overschrijdingen in de jeugdzorg - stijging van het volume als gevolg van het woonplaatsbeginsel en de stijging van de kosten voor de duurdere cliënten. | 50% | 3.000.000 | 5-3 | 15 | |
Bedrijvenpark A1 | Herstructurering en vastgoed | |||||
2 | Risico vertraging en netcongestie als gevolg van (te late) beschikbaarheid van de netwerken van Enexis. | 50% | 1.800.000 | 4-3 | 12 | |
3 | De reconstructie van de N348 onzekerheid bestaat er over de omvang van de te maken kosten. Door de reconstructie komt de N348 mogelijk gedeeltelijk binnen het plangebied van het Bedrijvenpark A1 te liggen. | 50% | 1.800.000 | 4-3 | 12 | |
4 | Aansluiting N348, Risico dat kavel opgeofferd moet worden. Over negatieve financiële effecten als gevolg van minder uitgeefbare grond zullen nadere afspraken gemaakt moeten worden met de Provincie. | 50% | 675.000 | 3-3 | 9 | |
BUIG | Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt | |||||
5 | Het risico dat het macro budget BUIG dat het Rijk vaststeld niet toereikend is en/of het aantal clienten dat in Deventer een beroep doet op de bijstand hoger is dan het aantal waarop het Rijk het BUIG budget voor Deventer bepaalt. Het eigen risico bedraag | 35% | 4.400.000 | 5-3 | 15 | |
Bedrijfsvoering | Overhead | |||||
6 | Het risico van een verstorende cyber-aanval. Door de toenemende digitalisering wordt zorgvuldig omgaan met de gegevens van burgers en organisaties steeds belangrijker. Steeds vaker doen zich incidenten voor op het terrein van cyber security die een mogelijke gevolgen: | 10% | 5.000.000 | 2-5 | 10 |
Op basis van een wetswijziging van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) publiceert Deventer vanaf begrotingsjaar 2015 de landelijk voorgeschreven financiële kengetallen in de begroting en jaarrekening. De kengetallen maken het de leden van de gemeenteraad gemakkelijker om inzicht te krijgen in de financiële positie van hun gemeente.
De kengetallen zijn gebaseerd op de balans en exploitatierekening 2024. Hieronder worden de uitkomsten van de berekening van de kengetallen gepresenteerd. Vervolgens volgt een beknopte beoordeling van de uitkomsten in relatie tot de financiële positie. De vergelijking met het gemiddelde van gemeenten in dezelfde grootteklasse is afkomstig van de rijksoverheid Findo.nl - Data Financiën Decentrale Overheden waarbij een vergelijking gemaakt wordt op basis van de jaarrekening 2024.
Kengetallen | Jaarrekening 2023 | Begroting 2024 | Jaarrekening 2024 |
---|---|---|---|
Netto schuldquote | 33 | 51 | 24 |
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen | 29 | 46 | 20 |
Solvabiliteitsratio | 40 | 29 | 44 |
Structurele exploitatieruimte | 10,04 | 4,37 | 6,69 |
Grondexploitatie | 9 | 2 | 5 |
Belastingcapaciteit | 97 | 97 | 95 |
Netto schuldquote
De schuldquote betreft de verhouding tussen de schuld en de totale baten. Een hoger percentage betekent meer schuld ten opzichte van de baten. Het BBV maakt onderscheid tussen de ongecorrigeerde en de gecorrigeerde netto schuldquote, waarbij gecorrigeerd wordt voor verstrekte leningen. De netto schuld bestaat uit alle aangetrokken leningen minus de uitzettingen (bijvoorbeeld het saldo schatkistbankieren). Bij de Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen wordt netto schuld verminderd met de verstrekte leningen aan o.a. woningbouwcorporaties, deelnemingen en overige verbonden partijen.
Een hoge netto schuldquote hoeft op zichzelf geen probleem te zijn. Het hangt af van meerdere factoren. Zo kan een hoge schuld worden veroorzaakt doordat er leningen zijn afgesloten en die middelen vervolgens zijn doorgeleend aan bijvoorbeeld woningcorporaties. De rentelast drukt dan niet op de gemeentelijke begroting. Om dit effect voor de beoordeling te corrigeren is het kengetal Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen aan derden opgenomen.
Vergeleken met de rekening 2023 en de begroting 2024 is het kengetal verbeterd door de aflossing van langlopende leningen in combinatie met hogere baten. De schuldquote is lager dan het gemiddelde van gemeenten in dezelfde grootteklasse geeft geen aanleiding het beleid aan te passen.
Solvabiliteitsratio
Dit kengetal is de verhouding tussen het eigen en vreemd vermogen en geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Het geeft een indicatie van de financiële weerbaarheid. Hoe hoger de uitkomst van dit ratio, des te groter de weerbaarheid.
De uitkomst in 2024 is 44 en hoger dan de solvabiliteitsratio van rekening 2023 die was namelijk 40. Vergeleken met de begroting 2024 is het kengetal gestegen van 29 naar 44. De reden hiervan is een stijging van het Eigen Vermogen.
Het solvabiliteitsratio is de laatste jaren sterk gestegen en iets lager dan het gemiddelde van gemeenten in dezelfde grootteklasse. Het is op een gezond niveau en geeft geen aanleiding het beleid aan te passen.
Structurele exploitatieruimte
Dit kengetal geeft aan hoe groot het verschil is tussen de structurele baten en de structurele lasten - de structurele exploitatieruimte. Het geeft inzicht in welke mate de structurele lasten gedekt zijn door structurele baten. Een positieve uitkomst betekent dat er structureel hogere baten zijn dan structurele lasten. Over het algemeen geldt als richtlijn: hoe hoger de uitkomst des te gunstiger dit is.
Vergeleken met...
Deze verbetering van de uitkomst van het kengetal heeft geen effect op het genoemde kengetal in de begroting 2024. De uitkomst is positiever dan het gemiddelde van gemeenten in dezelfde grootteklasse.
Grondexploitatie
Grondexploitaties kunnen een forse impact hebben op de financiële positie van een gemeente. Het kengetal geeft aan hoe groot de grondpositie (waarde van de grond) is ten opzichte van de totale (geraamde) opbrengsten (baten). Wanneer een gemeente leningen aantrekt om daarmee grond te kopen, vergroot dit ook de schuldpositie. Van belang is om te weten of de schuld kan worden afgelost uit de opbrengsten van de verkoop van de bouwgronden.
Vergeleken met de rekening 2023 is het kengetal gedaald, maar vergeleken met de begroting is het gestegen. De omvang van de grondexploitaties lager dan het gemiddelde van gemeenten in dezelfde grootteklasse.
Belastingcapaciteit
De belastingcapaciteit geeft inzicht in de verhouding van de woonlasten voor een gezin bij gemiddelde WOZ-waarde ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Dit is een indicatie voor de mate waarin financiële tegenvallers kunnen worden opgevangen. De woonlasten zijn OZB-lasten, rioolheffing en afvalstoffenheffing gecorrigeerd voor heffingskortingen. De mogelijkheid om financiële tegenvallers met hogere heffingen op te vangen is beperkt omdat deze niet hoger mogen zijn dan kostendekkend. Een belastingcapaciteit van 100% betekent dat de woonlasten exact het landelijk gemiddelde zijn. Een lager percentage dan 100% betekent dat de woonlasten per huishouden lager zijn dan het landelijke gemiddelde.
Vergeleken met de rekening 2023 is het percentage gedaald. Dit kengetal laat zien dat er in potentie een positieve belastingcapaciteit is om de inkomsten te verhogen. Vergeleken met het gemiddelde van gemeenten in dezelfde grootteklasse scoort Deventer positief op dit kengetal.
Conclusie
De diverse kengetallen met betrekking tot de schuldpositie laten een positieve ontwikkeling zien en geven dus geen aanleiding om het financieel beleid aan te passen.
De beschikbare weerstandscapaciteit moet minimaal gelijk zijn aan de benodigde weerstandscapaciteit om de risico’s op te kunnen vangen. Deze verhouding is de ratio weerstandsvermogen:
Ratio weerstandsvermogen = Beschikbare weerstandscapaciteit / Benodigde weerstandscapaciteit
Beschikbare weerstandscapaciteit = 18.344.000
Benodigde weerstandscapaciteit = 16.900.000
Ratio weerstandsvermogen = 1,09
De beschikbare weerstandscapaciteit is hoger dan de benodigde weerstandscapaciteit. Dit betekent dat er voldoende weerstandsvermogen is om de gevolgen van het optreden van risico’s financieel op te vangen. Daarom wordt in deze jaarrekening de specifieke weerstandsreserve (ten bate van de generieke weerstandsreserve) verlaagd tot het gewenste niveau. Het verschil van €1,4 miljoen wordt toegevoegd aan de generieke weerstandsreserve.
De nieuwe stand van de specifieke weerstandsvermogen (€15,5 miljoen), de post onvoorzien (€0,3 miljoen) en de stelpost Structurele autonome ontwikkelingen (€1,1 miljoen) is samen €16,9 miljoen, waarmee de ratio uitkomt op 1.
De risico's die zijn vermeld in deze paragraaf tellen mee in de berekening van het weerstandsvermogen en de specifieke weerstandsreserve.
Daarnaast zijn er risico's die op een andere manier worden beheerst. Dit zijn risico's waar een andere reserve of budget voor beschikbaar is, en risico's die niet zijn gekwantificeerd en waar de generieke weerstandsreserve dient als weerstandscapaciteit.
Voorbeelden van gekwantificeerde risico's die niet vallen onder de afdekking met de specifieke weerstandsreserve:
- Slim Warmtenet Zandweerd. Hiervoor is op basis van een afzonderlijke risicoanalyse een reserve ingesteld.
- Winstgevende grondexploitaties: als deze risico's zich voordoen worden deze ten laste gebracht van de grondexploitatie zonder dat hierdoor de financiën wordt belast. Pas als de grondexploitatie geen winstmarge kent, zal een optredend risico leiden tot een hogere verliesvoorziening die leidt tot een nadeel in de jaarrekening.
- Risico's binnen leefomgeving, zoals de problematiek rondom worteldruk, kosten reconstructies, onderhoudskosten worden opgevangen in het programma.
- Risico's gebiedsontwikkeling en bovenplanse infrastructurele voorzieningen kunnen worden opgevangen met bestemmingsreserves.
- Risico's verbonden partijen worden in de desbetreffende paragraaf behandeld.
- Bouwkosten grote projecten (onderwijshuisvesting, Scheg, Podiumkunsten, kunstwerken) waar kredieten voor beschikbaar zijn gesteld.
Naast risico’s heeft Deventer ook te maken met algemene onzekerheden waar geen reserves of budgetten tegenover staan. Op basis van wat we nu weten, kunnen deze onzekerheden (risico’s) niet worden gekwantificeerd. Voor het opvangen hiervan zijn algemene weerstandsbudgetten en begrotingsresultaten die dekking kunnen bieden. Hieronder vallen onder andere:
- Algemene uitkering
- BTW/BCF (ontwikkelingen en plafond BCF);
- Leegstand onroerende panden en andere risico's van vastgoed in eigendom;
- Restauratie monumentale panden;
- Garantstellingen (kans op aflossen krediet vanwege insolventie kredietnemer);
- Te ontvangen subsidies (kans op terugvordering door niet voldoen aan de subsidievoorwaarden).
- Energielasten gemeente breed
Deelneming aan een verbonden partij kent financiële -, bestuurlijke - en beleidsinhoudelijke risico’s. De diversiteit in de verschillende verbintenissen (gemeenschappelijke regelingen, deelneming in vennootschappen met aandelenbezit en/of verstrekte leningen / garanties) levert onderscheid in de risico’s op. De te onderscheiden risico’s vereisen verschillende aandacht. In de paragraaf verbonden partijen van deze begroting is algemene informatie en specifieke informatie opgenomen voor vorming van een beeld van het financiële risicoprofiel.
Wanneer (op grond van een concrete gebeurtenis) bij een bepaalde verbonden partij een risico wordt voorzien dat zou kunnen leiden tot een verlies op het ingebrachte kapitaal, de verstrekte lening of garantie of indien het leidt tot een verplichting (en het risico is kwantificeerbaar), dan zal daarvoor weerstandsvermogen worden aangehouden of een voorziening worden gevormd.
Aan de informatie over de verbonden partijen ontlenen wij in algemene zin geen aanwijzingen dat de gemeente voor bepaalde financiële risico’s bij verbonden partijen weerstandsvermogen moet aanhouden. Daarbij baseren wij ons mede op de accountantsrapporten die bij de jaarrekeningen 2023 van verbonden partijen worden afgegeven waarin de accountant aandacht besteedt aan de continuïteit van de bedrijfsvoering en actuele financiële informatie vanuit vennootschappen en gemeenschappelijke regelingen.
In de tabel hieronder zijn de verbonden partijen opgenomen waarin Deventer een geactiveerd financieel belang heeft en de omvang daarvan per 31-12-2024.
Verbonden partij | Deelneming | Lening | Garantie |
---|---|---|---|
NV Centrumgarage Deventer | 39.552 | - | - |
Het Groenbedrijf BV | 30.000 | - | - |
NV Sportbedrijf Deventer | - | 12.077.910 | 879.553 |
NV Bergkwartier | 1.561.004 | - | - |
NV Deventer Schouwburg | - | - | - |
NV Luchthaven Teuge | 489.857 | - | - |
Circulus-Berkel BV | 15.882 | - | - |
Enexis Holding BV | 932.512 | 1.354.025 | - |
BNG Bank | 60.650 | - | - |
Vordering op Enexis BV | 52 | 0 | - |
Publiek Belang Electriciteitsproductie BV | 1 | ||
CSV Amsterdam BV | 52 | - | - |
Totaal | 3.129.562 | 13.431.935 | 879.553 |
In de paragraaf verbonden partijen wordt verder ingegaan op de financiële risico’s in relatie tot de verbonden partijen.
De financiële positie van de gemeente Deventer geeft geen aanleiding af te wijken van de continuïteitsveronderstelling. Deze veronderstelling heeft ook betrekking op de mate waarin Deventer zelfstandig en autonoom (financieel) beleid kan voeren en feit dat het risico op preventief provinciaal toezicht (artikel 12) zeer klein is. De continuïteitsveronderstelling is gebaseerd op de volgende constateringen:
- De gemeente heeft een structureel sluitende meerjarenbegroting en kent de afgelopen jaren positieve jaarrekeningresultaten.
- Voor gemeenten geldt een vrijwel onbegrensde leencapaciteit bij de BNG (en daardoor sprake van altijd aanwezige liquiditeit) waardoor er geen onzekerheid bestaat over de continuïteitsveronderstelling.
- De financiële positie van de gemeente is gezond, zoals blijkt uit de financiële kengetallen.
- De risico’s worden goed beheerst respectievelijk gemonitord door een actief risicomanagement toe te passen en er is sprake van een goed onderbouwde toereikende weerstandscapaciteit.