Verkoopplannen

Binnen het Niet-kernbezit zullen de komende jaren panden verkocht gaan worden. De panden welke zijn aangemerkt als strategisch vastgoed hebben echter geen financiële invloed op de vastgoedbegroting gezien de verkoop hiervan plaats vindt binnen de grondexploitatie wat onder programma Herstructurering en Vastgoed valt. Van de gebouwen die aangemerkt zijn als overig vastgoed staan er 6 op de planning om verkocht te worden. In 2024 zijn hiervan twee gebouwen verkocht. De zorgvuldige verkoop van de overige gebouwen vraagt meer voorbereiding dan verwacht. Naast deze gebouwen ligt er ook een verkoopbesluit voor het complex ‘Bolwerksmolen’. Voor dit complex is in 2024 een marktconsultatie uitgevoerd en wordt in 2025 de verkoop verder voorbereid.

Naast verkoop van vastgoed heeft de gemeente ook vastgoed aangekocht. Dit is niet als doelstelling in de begroting 2024 opgenomen, omdat dit gekoppeld is aan beleidsvraagstukken vanuit de verschillende programma’s en hier op voorhand niet altijd zicht op is. Ten behoeve van de mogelijke verbreding van de Van Oldenielstraat is een pand aangekocht. Tevens heeft het college een besluit genomen om de aankoop van Brink 40 te onderzoeken, ten behoeve van een woon-zorgvoorziening.

Verduurzaming

De ambities uit het bestuursakkoord en de kadernota vastgoed zijn uitgewerkt in de portefeuillestrategie verduurzaming, welke de raad in 2023 heeft vastgesteld. Hierin is vastgelegd dat de gemeente een voorbeeldfunctie heeft bij de verduurzaming van vastgoed en dat wij ons conformeren aan de klimaatwetdoelstellingen om in 2030 55% CO2-reductie gerealiseerd te hebben met ons vastgoed en in 2050 een nagenoeg energie neutrale vastgoedportefeuille te hebben. Nieuw te bouwen gebouwen zullen maximaal energiezuinig gerealiseerd worden zodat deze voldoen aan ENG (Energie Neutraal Gebouw). Gebouwen die gerenoveerd worden gelijktijdig zo energiezuinig mogelijk gemaakt, bij voorkeur op ENG.
De klimaatwetdoelstellingen zijn gericht op energiebesparingen en CO2-reductie. Maar verduurzaming is meer. Zo gaat het ook over te nemen maatregelen met betrekking tot klimaatadaptatie, natuurinclusiviteit en circulariteit. De portefeuillestrategie geeft ook aan hoe wij hiermee omgaan. Verduurzaming van maatschappelijk vastgoed is complex; het is niet alleen een technisch en financieel ingewikkelde opgave. Verduurzaming vraagt ook om keuzes vanuit een integrale huisvestingsvisie voor maatschappelijke voorzieningen; welke functies willen we op welke plek faciliteren met gemeentelijk vastgoed zodat deze zo optimaal mogelijk maatschappelijk renderen. Dat samen maakt dat verduurzaming soms veel voorbereiding vraagt, voordat maatregelen daadwerkelijk tot uitvoering komen. In de portefeuillestrategie zijn circa 10 gebouwen geprioriteerd op basis van het meerjaren onderhoudsprogramma. In combinatie met het vervangen van dakbedekking is in 2024 bij één gebouw gebouwen dakisolatie aangebracht. Daarnaast zijn voor 4 gebouwen Dumava (duurzaam maatschappelijk vastgoed) subsidie aanvragen ingediend en toegekend. In 2025 worden raadsvoorstellen voor het uitvoeren van maatregelen ter besluitvorming voorgelegd.

Implementatie kostprijs dekkende huur

In de kadernota vastgoed is vastgelegd dat de huren van het maatschappelijk vastgoed kostprijs dekkend worden. Daarmee voldoen wij aan de Wet Markt en Overheid en zijn wij transparant over de vastgoedkosten in relatie tot subsidies die wij verstrekken. Voorheen werd een normhuur gehanteerd, bepaald vanuit het betreffende programma. De panden waarvoor een kostprijs dekkende huur ingevoerd wordt betreft het kernbezit behalve de huisvesting van de gemeentelijk organisatie, onderwijshuisvesting en parkeergarages. In totaal blijven na aftrek hiervan ca 70 panden over. De kostprijsdekkende huur wordt zoveel mogelijk op logische momenten ingevoerd zoals bij het ingaan van een nieuwe huurtermijn. In 2024 is een begin gemaakt met het invoeren van de nieuwe huren. In 2024 was de verwachting dat voor 9 gebouwen de kostprijsdekkende huur geïmplementeerd zou worden. Hiervan zijn er 3 gerealiseerd. Dit is lager dan verwacht vanwege nog te maken keuzes in huisvestingsvraagstukken in samenhang met andere beleidsterreinen, waardoor 2024 nog geen logisch moment was.